Grote rivieren zoals de Maas kunt u afwisselen met de vele grote plassen die Limburg rijk is.

Het grootste vaarwater in Limburg wordt gevormd door de Maas. Stromend vanaf de Belgische grens tot aan Cuijk slingert de Maas door het Limburgse landschap. Komende vanuit het noorden begint het ongeveer bij Gennep. Van Gennep naar Maastricht is ca 110 kilometer en ideaal om over een aantal dagen te verdelen. U dient bij het varen op de Maas zoveel mogelijk stuurboordswal te houden in verband met een druk scheepvaartverkeer. Vrijwel alle bruggen zijn vaste bruggen, wel met een grote doorvaarthoogte, maar voor grote (lees hoge) zeilschepen is de route niet geschikt.

Gennep is een historisch stadje met een stadhuis uit de 17e eeuw. Verder staat Gennep bekend om de pottenbakkerijen en in het voorjaar kunt hier zeer uitgebreid asperges eten.

De volgende stap vanuit Gennep is logischerwijs Venlo. Na het passeren van enkele vaste bruggen komt u bij de Sambeeksluis. Sluizen in Limburg is ook echt sluizen. Veel sluizen in Limburg kennen een groot verval tot wel 12 meter! Het aanleggen voor de sluizen is wel eens wat lastig. Op de remmingswerken voor de sluizen zijn vaak praatpalen om u te melden of via VHF kanaal 22. Achter de remmingswerken van de sluis Sambeek is een aanlegplaats voor de pleziervaart. De sluizen in Limburg schutten op maandag van 6-24 uur op overige weekdagen 24 uur per dag, in het weekend van 9-17 uur. In de zomerperiode is er vaak om 19 uur een extra schutting. Houdt u wel rekening met wachttijden, het is er vaak druk met vrachtverkeer. Na de sluis vaart u gewoon met het water mee. Bij Vierlingsbeek steekt een veerpont over. Bij paal 135 kunt u het Leukermeer opgaan waar ook een haventje is om te overnachten of indien u dit wilt zijn er enkele aanlegplaatsen waar u maximaal 2x24 uur in de natuur mag aanleggen.

Venlo lijkt ons een prima optie om te overnachten. De binnenstad is na de laatste wereldoorlog herbouwd met gevoel voor de historische betekenis van monumentale bouwwerken en oude gevels. Interessante monumenten zijn bijvoorbeeld de Sint Martinuskerk, het Stadhuis, het Ald Weis Hoes en het oude Blerickse raadhuis. Na de laatste grote bocht voor Venlo vindt u aan de oostkant, nog voor de brug een passantenhaven, met een diepgang van maximaal 1,25 meter.

Laten we Venlo achter ons, richting Roermond dan passeren we achtereenvolgens Tegelen, de sluizen bij Belfeld, Reuver, Kessel, Besel, en Neer om vervolgens bij Roermond aan te komen. Kies na kilometerpaal 86 voor het westelijk vaarwater en vervolgens na de spoorbrug het oostelijk vaarwater en na de sluis bent u in Roermond.

Na het verlaten van Roermond volgt u gewoon het hoofdvaarwater westzijde richting Maastricht aan en blijf dat aan de westzijde volgen. Vervolgens bereikt u de sluis Linne (VHF22). 4 meter verval in de sluis. Na de sluis het water steeds aan de oostzijde volgend komt u in het vaargebied Maasbracht. Volg bij kilometerpaal 68 het hoofdvaarwater aan de oostzijde richting de sluizen van Maasbracht en Julianakanaal. (U kunt de Maas wel blijven volgen maar tussen Ohe en Laak en Borgharen is het vaarwater afgesloten voor motorschepen) De drielingsluis bij Maasbracht heeft een verval van maar liefst 11,85 meter! Geen paniek, de sluis is voorzien van drijvende bolders waar u kunt aanmeren. U dient zich aan te melden via de marifoon of via de praatpalen, waarna uw scheepsnaam wordt afgeroepen om de sluis in te varen.

Helaas zijn de oevers langs het Julianakanaal vaak erg hoog dat u het landschap zult missen. Op het Julianakanaal gelden enkele bepalingen voor de pleziervaart: met een zeilschip mag u alleen varen indien deze is voorzien van een (startklare) motor in verband met het drukke scheepvaartverkeer. Houdt u zo dicht mogelijk stuurboordswal aan, kruisen is verboden en ankeren ook. Onderweg zijn enkele aanlegplaatsen. In de sluis bij Borne zijn ook weer drijvende bolders, dus het valt allemaal best mee. Richting Maastricht zijn weinig bijzonderheden, alleen bij Borgharen zou het wel eens kunnen stromen vanuit de Maas bij extreem hoog water.
Verder gewoon de weg volgen en u bereikt Maastricht probleemloos.

U passeert als eerste de Noorderbrug en vervolgens de spoorbrug. Na de spoorbrug kunt u het kanaaltje aan de westzijde invaren naar de historische stadsjachthaven ’t Bassin.

De vaste brug kent een doorvaarthoogte van maximaal 3,70 meter. U kunt aanmeren aan de strekdam tussen de St. Servaesbrug en de Wilhelminabrug. Aanmeren is gratis, maar er zijn geen voorzieningen.

Maastricht is niet in een paar zinnen te beschrijven, want deze stad heeft het allemaal. Cultuur én natuur. Historische panden én hippe designwinkels. Gezellige terrassen én chique restaurants. Grotten én torens. Stadsmuren én waterwegen. Bruisende evenementen én hellingen met wijnranken. Al meer dan 2000 jaar is Maastricht een geliefd plekje om te zijn. En om van te genieten natuurlijk!

Een stad aan een rivier heeft extra charme. En zo is het ook met Maastricht. Terrasjes langs het water, shoppen aan weerszijden van de oude St. Servaasbrug, dineren aan de historische binnenhaven, varen langs bruggen en torens: langs het water bruist de stad. Leven is hier genieten. Van lange zomeravonden op beroemde pleinen als het Vrijthof en het Onze Lieve Vrouweplein. Van flaneren langs exclusieve boetiekjes in het schitterend gerenoveerde Stokstraatkwartier. Van lekker eten en drinken, regionaal of werelds, in een eetcafé of sterrenrestaurant. Dat is genieten op z’n Maastrichts.